Hoofdstuk 60 – Het Einde is een Begin


“Niets sterft.
Het verandert alleen van trilling.”


Binnen Anu’ra bestaat er geen einde
zoals wij dat in menselijke begrippen kennen.
Er bestaat slechts overgang,
een verschuiving van vorm,
van zichtbaarheid,
van tijd naar tijdloosheid.


De dood is geen fout.
Het is het sluiten van een cirkel
zodat een nieuwe kan beginnen.


Wat is dood volgens Anu’ra?


De dood is:


Het loslaten van het lichaam
Het terugtrekken van bewustzijn naar zijn oorsprong
Een ontwaken uit de droom van tijd
Het afleggen van identiteit
Het hervinden van een bredere werkelijkheid


“De dood is de nacht waarin de ziel haar ogen opent.”


Waarom is de dood geen einde?


Omdat:


Energie niet verdwijnt, maar transformeert
Bewustzijn geen begin of einde kent
Iedere ziel haar reis voortzet in andere vormen, op andere niveaus
Elke ervaring op aarde bedoeld is als voorbereiding, niet bezit


Anu’ra leert:
je leeft niet om hier te blijven.
Je leeft om te herinneren dat je nooit alleen deze vorm was.


Overgang en voorbereiding


De dood is geen verrassing voor de ziel.
Het is een gepland moment van thuiskomst,
een brug naar wat altijd al wachtte.


Binnen Anu’ra wordt leven gezien als:


Een voorbereiding op terugkeer
Een leerschool van liefde, vergankelijkheid en vergiffenis
Een tijdelijke dans van licht in materie


Rituelen rond sterven


In Anu’ra zijn er geen begrafenissen,
maar overgangscirkels.


Er wordt gezwegen i.p.v. gesproken
Het lichaam wordt geëerd maar niet vastgehouden
De ziel wordt toegezongen, niet vastgeroepen
Rouw wordt niet gezien als verlies, maar als een vorm van liefde die een nieuw kanaal zoekt


Wat gebeurt er ná de dood?


Anu’ra legt dit niet vast in dogma,
maar zegt:


“Wat je in stilte hebt gevoeld tijdens je leven,
daar keer je naar terug.”


Sommigen ervaren licht,
anderen herzien hun leven,
anderen rusten in pure zijnstoestand.


Er is geen straf,
er is inzicht.
Er is geen hel,
er is herinnering.


Tot slot


Je kwam hier niet om te blijven.
Je kwam om te stralen, te leren, te falen en te groeien
en dan los te laten,
zoals de zon verdwijnt achter de horizon,
wetend dat ze nooit écht weg is.


“De dood is geen einde,
maar de deur naar het begin
dat je altijd al kende.”