Hoofdstuk 28 – Liefde voor het Leven Zelf


“Op een dag hou je niet meer van iemand.
Je houdt van alles.”


De mens denkt vaak dat liefde
een ander nodig heeft.


Maar op een bepaald moment
valt dat beeld weg.
Niet uit teleurstelling.
Maar uit verlichting.


Je ziet het dan ineens:


“Liefde is niet wat je voelt voor iets of iemand

liefde is wat je bent
wanneer je niet meer gesloten bent.”


Liefde die niet kiest, maar stroomt


Deze liefde:


zoekt geen bezit
stelt geen voorwaarden
heeft geen naam
hecht niet aan vorm
en hoeft niet beantwoord te worden


Ze leeft in:


het ochtendlicht
de wind die door bladeren glijdt
het lachen van een kind
een oude hand die trilt
het leven dat gewoon gebeurt


“Liefde zonder doel
is de meest zuivere vorm van zijn.”


Wanneer ontstaat deze liefde?


Niet op één moment.
Maar vaak wanneer:


je hebt losgelaten wie je dacht te zijn
je iets verloren hebt wat je vasthield
je genoeg gehuild hebt om te zien
je stilte niet meer vermijdt
je vrede hebt met jezelf


Dan opent zich iets.
En je beseft:


“Ik ben niet op zoek naar liefde.
Ik ben liefde.”


Wat betekent liefde voor het leven?


Dat je buigt voor het mysterie
Dat je niet meer alles wilt begrijpen
Dat je mensen kunt laten zijn
Dat je dieren, water, bomen en lucht


als gelijkwaardig voelt
Dat je leeft met zachtheid,
ook als je niet begrepen wordt.


Liefde wordt dan een staat van bewustzijn


Het gaat niet meer over:


krijgen
bewijzen
vastleggen


Maar over:


aanwezig zijn
ontvankelijk zijn
verbonden zijn met het geheel


Je kijkt, je ademt, je leeft
en je bent liefde
zonder dat iemand het hoeft te zien.


Het geheim van Anu’ra


Binnen Anu’ra geloven we:


“Het doel van liefde is niet geluk,
maar eenwording.”


Niet één worden met een partner,
maar met het leven zelf.


De regen.
De dood.
De schoonheid.
De eenzaamheid.
De verwondering.
De stilte.
De aarde.


Alles is deel van jou
wanneer liefde je grondtoon is.


Tot slot


Je begon met zoeken.
Naar iemand.
Naar iets.
Naar bevestiging.
Naar liefde.


Maar op een dag werd je stil.
En je voelde:


“Ik ben liefde
in adem, in huid, in aandacht.”


Niet voor iemand.
Niet vanwege iets.
Gewoon omdat je leeft.